Hendrik Jacob Eerligh                                 1792-1874                         Ambt

-Coops                 p. 63-64                             Vak B    nr. 1

-Gijsbers              p. 127                                 direct bij de ingang, links.

 

Apotheker, wethouder, plaatsvervangend vrederechter, groot grondbezitter.

Gildemeester, lid van de sociëteit ‘de Vriendschap’.

 

Hendrik Jacob Eerligh werd geboren op 26 juli 1792 in de gemeente Stad Doetinchem.

Zijn grootvader en vader waren ook apotheker aan de Grutstraat.

Het is aannemelijk dat beiden gestudeerd hebben aan de Universiteit van Harderwijk.¹)

 

Zijn vader was Hendrik Willem Eerligh                  (1765-1805) Stad-Stad

Zijn moeder was Wilhelmina Reinira Hartman  ( ?-1805 ) Harderwijk-Stad

Uit dit huwelijk zijn geboren;

Hendrik Jacob                  1792-1874                         Stad-Stad

Willemina Elisabeth        1797-1819                         Stad-Wisch         1818 x Wilhelmus Abraham Bruijns

Anna Maria Louisa          1801-                                  Stad-

 

Hendrik is geboren en gedoopt in DTC met als kerkelijke gezindte, Nederduits Gereformeerd.²)

Al heel vroeg worden hij en zijn twee zusjes Willemina en Anna in 1805 wees, door het kort na elkaar overlijden van hun ouders in hetzelfde jaar.

Oma Willemina Elisabeth Ter Maat en een ingehuurde apotheker houden de zaak aan de Grutstraat draaiende.

In 1806 koopt Carel Hendrik Ver Huell het kasteeltje Kemnade en verkoopt het door zijn familie gebouwde buitengoed ‘Slingevliet’ aan de familie Eerligh.

OP 23 maart 1821 komt oma Eerligh op 91 jarige leeftijd in het oude apothekershuis aan de Grutstraat no. 169 te overlijden.

Op 1 januari 1830 is Hendrik Jacob eigenaar van de apotheek aan de Grutstraat, die inmiddels huisno. 154 heeft gekregen. Hierin wonen en werken apotheker Thomas Helmig Renssen, een apotheker leerling en een dienstbode.

Hendrik Jacob woont op ‘Slingevliet’; tot dit landgoed behoren een boerderij, een tuinmanswoning en landerijen. Vanaf de Varsseveldseweg is er een oprijlaan met aan weerszijde een dubbele rij zware beuken. Verder behoort tot het landgoed een bos, in de tuin staat een theehuis of koepel en in de tuin, buiten de grachten heeft men nog een doolhof aangelegd.

Hendrik is 37 jaar en nu al rentenier, leeft van zijn geld en heeft aanzien.

 

functies

Op 20 jarige leeftijd is hij al lid geworden van de Heeren sociëteit “De Vriendschap “.³)

Voorts is hij ouderling –later notabele⁴)- van de Nederlands Hervormde Kerk.

Gedurende 22 jaar is hij gildemeester van “Gilde van Eendracht” en hij is 35 jaar lang plaatsvervangend vrederechter.

Van 1838 tot 1874 maakt hij deel uit van het stedelijke bestuur en vervult daarin ook de functie van wethouder.

 

23 juli 1874 overlijdt Hendrik Jacob op 81 jarige leeftijd. Hij was schatrijk en nooit getrouwd. En hij was de laatste in zijn familietak.

In die tijd vroeg men zich af: zou de stad er beter van worden?

Als drie dagen later de rouwstoet naar de Ambtsbegraafplaats trekt, wordt er door de omstanders gemopperd.  “Waarom niet als stadsbewoner begraven op de Stadsbegraafplaats en dan nog wel zo kort aan de weg; hij wil zeker gezien worden”.

Feit is dat het landgoed Slingevliet  binnen het grondgebied van de gemeente Ambt Doetinchem ligt en dat zal de reden zijn geweest dat Hendrik Jacob daar begraven is.

 

 

 

Meester Lovink schrijft later:

Na zijn dood werden al zijn vaste goederen verkocht; Slingevliet met zijn naaste omgeving, bijna het gehele Rozegaardsche Veld, de gronden langs den Varsseveldsche weg, de gronden aan weerzijden van den Wijnbergschen weg, het land tusschen den IJsel en den Keppelschen weg tot een eind in Langerak, de gronden langs de Loolaan en misschien nog veel meer, wat ik niet meer weet. Dan was er nog het mooie bosch vanaf de brug bij Wildenbeest tot de laan van Slingevliet, verder begrensd door de Slinge en het laatste deel van de Dr. Hubernoodstraat”.

 

Notaris J.D. Pasteur zal op 6 april 1882 de inboedel verkopen, getuige de Graafschapbode van 1 april 1882.

 

Hij was vermogend, in zijn testament had hij een en dertig giften opgesomd met een totale waarde van vijfenzeventig duidend gulden, alle ‘vrij van regten en kosten’. Het grootste legaat bedroeg 10.000 gulden voor de hervormde diaconie²). Hij was Nederlands Hervormd²).

Jhr. G.A. van Nispen was onder andere belast met de uitvoering van zijn testament.

 

¹)De Universiteit van Harderwijk was gevestigd in Harderwijk en bestond van 1648 tot 1811. Opgericht door de Staten van Gelre werd zij ook wel de Gelderse Universiteit genoemd.

Het verhaal gaat dat de rijken gewoonlijk naar Leiden reisden; minder gefortuneerden gingen naar Harderwijk, waar de promotie minder kostbaar was en sneller verliep. Tijdens de Franse bezetting werd de universiteit opgeheven. Koning Willem I probeerde de universiteit net als die Franeker zonder succes nog nieuw leven in te blazen, door haar te heroprichten als Rijksathenaeum in 1815. In 1815 sloot dit Rijksathenaeum zijn deuren echter en verdween het instituut.

 

²)De Nederduits Gereformeerde Kerk is de gereformeerde kerk ontstaan in Embden (D) in 1571. In 1579 werd zij de publieke kerk van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. In 1795 onder de Franse overheersing hield zij op officiële publieke kerk te zijn en zij kreeg in 1816 van Koning Willem I een nieuw reglement en de naam Nederlandse Hervormde Kerk.

 

³)Van 1810 tot 1813 was ons land ingelijfd bij Frankrijk en golden in ons land -dus ook in het toenmalige Doetinchem met zijn ongeveer 1.600 inwoners- de Franse voorschriften, waaronder de inschrijving en loting voor de militaire dienst, de conscriptie.
Napoleon had voor zijn garderegimenten goed doorvoede soldaten nodig. Die waren te vinden in de gezinnen van welgestelde families. Het systeem van het stellen van plaatsvervangers (remplaçanten) waarbij iemand tegen betaling voor een ander de dienstplicht vervulde, voldeed niet meer. Notabelen in de stad die een zoon hadden in de “gevaarlijke” leeftijd, besloten deze te laten onderduiken in de Slangenburgse bossen.
Om deze knapen in leven te houden werd een “levenslijn” geformeerd waarlangs maaltijden werden vervoerd en  nadat zij hun waren hadden afgeleverd kwamen de vaders voor overleg en een borrel in besloten kring bijeen en naar verluidt (in de archieven ontbreken gegevens over deze episode, zoals bij voorbeeld de exacte oprichtingsdatum) is hieruit in 1812 de sociëteit “De Vriendschap” voortgekomen. Latere besturen hebben 1 januari 1812 als de oprichtingsdatum in het Reglement vastgelegd. De eerste bijeenkomst werd gehouden in de bovenzaal van café De Bruijn op de hoek van de Markt en de Heezenstraat.

 

⁴)Kerkvoogden en notabelen bestaan alleen in de hervormde traditie, in de PKN spreekt men tegenwoordig over kerkrentmeester. Over het algemeen houden notabelen toezicht op de gang van zaken binnen de kerkvoogdij. De functies zijn ontstaan toen de overheid zich terugtrok als beheerder van kerkelijke goederen. Dat gebeurde bij de scheiding van kerk en staat rond en na 1800.

 

 

Bronnen: Drs. W.J.P. Coops: ‘Stads- en Ambtsbegraafplaats Doetinchem 1829-2011’. Sylvia Gijsbers: ‘Stad en Ambt, Stadsbegraafplaats 1829-1893, Ambtsbegraafplaats 1829-1967’. Wikipedia: Karel Blei; De Nederlandse Hervormde Kerk; haar geschiedenis en identiteit, 2000.Kok. Kampen.J.W.S. Steijntjes; Eerherstel voor Hendrik Jacob Eerligh, Kronyck. Refoweb.nl: Ds. J.L.Schreuders.

Sociëteit De Vriendschap, Doetinchem; ‘Welkom op onze website, 2022.’ Wikipedia: ’Universiteit van Harderwijk niet de top 100?. Beschrijving van het archief van de Universiteit van Harderwijk (Gelders Archief).